Het reisboek
Naar huis
Tsjonge naar huis, na een heel jaar.
We vinden het wel leuk, maar ook niet. Iedereen is het erover eens dat we dit nog een keer moeten doen! Wordt vervolgd dus!
Tot snel lieve vrienden!
De Amazone, toch nog, vanuit het vliegtuig (we móeten alleen al daarvoor terug).
In een paar uur tijd gaat de zon op en weer onder… heel vreemd!
Bus naar “huis”
Oscar rijdt helemaal alleen met de bus door die hele woestijn (met dat afval), door heel Ecuador tot aan de grens met Colombia, en mag daar zelf niet Colombia in. Omdat we officieel gedeporteerd zijn. Gelukkig wacht daar de broer van de super aardige Kaola Inn eigenaar om de bus mee te nemen. Onthoud de Koala Inn mocht je ooit in Pasto zijn.
De bus is nog steeds te koop, dus grijp je kans en reis naar Colombia!
Gelukkig komt Oscar net voor Julus zijn verjaardag weer thuis en kunnen we het met z’n allen vieren.
Over drie dagen gaan we naar huis….. hoe zal dat zijn???
Nog een laatste impressie van ons plekje: vanuit hier hebben we bijna een maand lang regelwerk gedaan en al het mogelijke geprobeerd om een bus te importeren/verkopen/verschepen. Geen Cusco, geen Amazone, geen Iquitos, maar wel een poezenpark met honderd poezen voor de deur!
Hier spreekt een dame met Oscar die graag wil dat hij een brief voor haar verloren liefde uit Nederland voor haar vertaalt.
Lima Impressions 4
Lima impressions 3
Aangezien deze jongen bijna tien wordt (en dan is iedereen 1 keer jarig geweest onderweg) gaan we in China Town op zoek naar kadootjes.
Ondertussen is Oscar in zijn eentje met het busje terug gereden naar de grens tussen Ecuador en Colombia. Een kilometertje of 2000.
Lima impressions 2
Lima impressions
Lima is een absolute wereldstad. We verblijven in een hotelletje midden in het centrum van de pret. Recht tegenover het President Kennedypark.
Lima ligt aan de Pacific, en het is Sake’s droom om in de Pacific te zwemmen (dat hij dat allang gedaan heeft in Thailand en de Philipijnen negeert hij). En… ja, het is winter in Lima… op zich is dat niet zo’n probleem want vaak is het dan nog 24 graden, maar het is wel vaak bewolkt en het kan waaien, voor zwemmen net wat minder.
Onderweg naar Lima
Behalve vuilnis en muren zijn er hier en daar wat stadjes. Stoffig als de woestijn zelf, van een afstand bijna niet te zien.
Er zijn best heus ook mooie stukken!
And the roads are loooooooong and straight.
We overnachten in een saai hotel, maar de volgende morgen kunnen we het ontbijt vanuit het raam bestellen.
En deze mannen, wat verkopen ze? “Brieven!”, vertellen ze trots. Liefdesbrieven, sollicitatiebrieven, officiële brieven, brieven voor je moeder. Te gek!
Het drama van noord Peru
Wat keken wij uit naar Peru! Zoveel moois over gehoord en, merken we nu, zoveel (positieve) vooroordelen hadden we. In noord Peru is woestijn. Maar de woestijn is vies. Heel erg vies.
Iedereen heeft het over de Amazone en het plastic in zee (nu weer hip vanwege een student die voor het gemak vergeet dat Captain Moore deze soep al in 1988 ontdekte!) maar in noord Peru is een milieuramp gaande.
Kilometers aan vuil. En verder muren, die mensen om een aangekocht stuk land zetten, muren en nog eens muren, en mega bedrijven, van groente-, fruit- en snijbloemgiganten.
Mosselen en garnalen. De mensen die op deze plantages en visserijbedrijven werken hebben vaak geen riolering en schijten dus in de woestijn. Een afvalsysteem hebben ze ook niet….
Grenzen en andere aangelegenheden
Er zijn veel veel dieren langs de weg, koeien, geiten, schapen en paarden.
Bij de eerste poging om Ecuador te verlaten moeten we ons eerst melden in een piepklein kantoortje, met een norse mijnheer. En wachten, maar daar zijn we inmiddels al behoorlijk in gespecialiseerd 😉 om een uitreisbewijsje te krijgen.
Een documentaire over Peru houdt de kinderen geboeid. De mijnheer mogen we niet op de foto zetten, die zit daar links achter het computerschermpje. Na het lange wachten zet de norse mijnheer ons wel even op de foto, en grinnikt hij een besmuikt glimlachje. tssss
Als we Peru ingaan blijkt dat we de auto niet kunnen verkopen in Peru, behalve als we hem officieel invoeren. Maar bij deze grensovergang gaat dat niet, dan moeten we nog een stuk naar het westen rijden om de hoofdgrensovergang te nemen. Wel zijn er al twee douanebeambten die onze bus willen kopen en met wie we telefoonnummers uitwisselen.
Dag dan maar weer Peru… terug Ecuador in.
Bij de tweede grensovergang blijkt dat we onze bus ook daar niet mogen importeren. Dat kan alleen met auto’s jonger dan 5 jaar. Oh jee… wat nu. Samen met een behulpzame Ecuadoriaan van het transitkantoor, die er niets van snapt dat we op 1 dag Ecuador verlaten hebben, weer zijn terug gekomen en nu Ecuador weer willen verlaten pluizen we het hele verhaal uit en besluit de mijnheer van de grensimport dat er niets is dat we kunnen doen als het om legaal verkopen gaat…. We kunnen alleen als toeristen de bus mee het land in nemen. Al die tijd dat wij praten, ongeveer een uurtje of 3, staan onze kinderen achter de keet waar het transitkantoortje in gehuisvest is in de rotsen te hakken.
En het blijkt dat ze een stuk of tig enorme ronde bollen uit de rotsen hebben gepeuterd. De grootste heeft wel een diametertje van 25 cm. Zijn het dino eieren? Geodes?
Onder de neus van de douanebeamten voeren we de stenen bollen (een kilootje of 30) illegaal in in Peru. Als we dan geen bus kunnen verkopen, dan maar dino eieren!
Salinas 2
Uiteindelijk blijven we 5 dagen bij Lenin in Salinas logeren. We nemen de tijd om de website eens even goed up te daten, de kinderen spijkeren hun schoolwerk goed bij en we ondernemen kleine veldtripjes naar de fabrieken en naar de zoutrotsen.
Oeps! Best diep die zoutplassen! Sake huilde niet lang hoor! Twee tellen later stond-ie alweer blij rond te springen en zoutballetjes te verzamelen.
Deze jongens hebben een TIP TOP karretje gebouwd! Hier nog zonder kleur maar daaronder mooi geschilderd. Onze kids werden steeds uitgenodigd om met ze te gaan rijden. En er zijn stevige plannen om terug in Nederland ook zo’n wagen te gaan bouwen.
Een lamababy, twee uurtjes oud!! Tsjonge.
Hier het bewijs van de hele serie enveloppen die op de bus is gegaan inclusief zakjes Ecuadoriaanse aarde, zoutballetjes uit Salinas en andere natuur wondertjes! Maar nog niets is aangekomen?! Zouden ze denken dat die poeders en steentjes een soort drugs zijn….?
Salinas
In Salinas is het niet gek als je Lenin heet van je voornaam, of Karl. Als we het socialistische dorpje bereiken gaan we eerst kijken naar het gemeente hostal van de coöperatie, maar dat is zo’n uitgewoonde toestand dat we twijfelen of we niet moeten doorrijden en dit piepkleine dorp links moeten laten liggen. Maar net op tijd horen we dat Lenin net een nieuw hostel heeft geopend. Daar ziet het er echt heel erg knus uit, dus blijven we toch maar een nachtje.
Het is toch wel een heel bijzonder dorp komen we achter. De mensen leven op een mooie voet van gelijkheid met elkaar, ouderen en jongeren, vrouwen en mannen. Iedereen groet elkaar en op straat bespreken de mensen met elkaar administratie lijsten van de verschillende coöperaties: de kaasfabriek, de chocoladefabriek, de zoutwinning, en de begrafenisonderneming. De kaas en de chocola zijn in heel Ecuador beroemd en in het weekend komen er veel Ecuadoriaanse toeristen om daar de delicatessen te kopen.
Het versteende bos
Vlakbij de grens met Peru is er een versteend bos waar we nog even een kijkje willen gaan nemen. Het is door aardverschuivingen naar boven gekomen en de bomen zijn miljoenen jaren oud. Je mag daar niet alleen lopen, want anders is men bang dat je stukjes versteende boom meeneemt. Gelijk hebben ze. En weer een bewijs dat Ecuador goed en verstandig met zijn kostbaarheden omgaat. Er gaat een zwijgzame, maar zeer geduldige en aardige gids met ons mee die vindt het geen probleem dat we ook even een uurtje in de beek gaan spelen!
Onderweg zien we heel veel van dit soort bomen. Helemaal groen, ze lijken wel van plastic.
Cruz del Arenal
Eigenlijk zijn we onderweg naar Salinas, een dorp waar ze het socialisme helemaal opnieuw hebben uitgevonden. Maar onderweg stoppen we even bij een paredor (een Raststätte (geen nederlands woord voor want Nederland is te klein voor Raststättes)).
Het is een vaag gehucht met een buitenaards landschap waar we eerst eens even lekker in verdwalen. We zien een kudde vicuña’s, de wilde versie van de lama! (wat moeten die hier eten??)
In een half in de grond gebouwde hut afgedekt met pampagras is de paredor. Er blijkt net een delegatie politici langs te zijn geweest, inclusief de man die voor het presidentschap gaat, dus de uitbater is door dolle! En we worden meteen getrakteerd op een Roemeense (??) gefermenteerde drank die goed opwarmt. De uitbaters blijken een bijzondere familie met twee dochters, één geboren in Roemenië en één in Spanje. We vertellen ze over de Maakfabriek en ze vragen ons waarom doe je hem hier niet?? Ernaast blijkt een schooltje te staan met twaalf indianenkindertjes, uit slechts 3 families.
En dat doen we dan maar!!! Geweldig!!
En hier het resultaat: Het verhaal gaat over de indiaan Catuña die een kerk wil bouwen in Quito. Maar de Padre wil dat de kerk binnen 6 maanden af is. Om dat mogelijk te maken moet Cantuña de hulp van de duivel inschakelen en dat wil hij absoluut niet. Hij tekent huilend een contract dat hij zijn hart zal afstaan als de duivel met zijn helpertjes de kerk binnen 1 nacht af heeft. Stiekem laat hij een steen weg en als de duivel komt om het hart te halen zegt Cantuña dat de kerk niet af is omdat er een steen mist. Boos gaat de duivel weg en tevreden komt de Padre om de kerk te bewonderen en alle mensen van Quito komen om het te vieren. De kerk met het gat staan vandaag de dag nog steeds in Quito!
Baños
Na het koude rondzwerven op de Cotopaxi hebben we hitte nodig!
We dalen af naar Baños, een soort Karlovy Vary van Zuid Amerika. De vulkanen rond het dalletje verwarmen het water van de thermale baden, waar ook veel Equadorianen op af komen. Om het knappe dorpje heen liggen mooie bergen en storten watervallen naar beneden.
Van een wandeling in de regen word je ook niet veel warmer…
Gelukkig heeft ons gezellige hotelletje een open haard op de kamer!